Pas de laatste jaren wordt circulair bouwen echt in de praktijk omgezet. De bewustwording dat die nieuwe manier van bouwen nodig is, gaat echter verder terug.
Die bewustwording vloeit rechtstreeks voort uit een veel grotere mindshift die zich de laatste decennia ontwikkeld heeft binnen de economie. Als antwoord op de alsmaar sneller toenemende luchtverontreiniging, CO2-uitstoot, opwarming van de aarde en uitputting van natuurlijke grondstoffen, ontstond het idee van de circulaire of kringloopeconomie. In dat economisch model, dat lijnrecht tegenover de lineaire of wegwerpeconomie staat, worden grondstoffen, materialen en producten nooit meer weggegooid, maar steeds opnieuw gebruikt. Het is een economie die idealiter zonder nieuwe, virgin grondstoffen werkt en dus geen afval produceert, want afval is gewoon nieuwe grondstof, telkens opnieuw. Dat kan door recycling, refurbishment, of zelfs upcycling, waarbij de gerecycleerde grondstof een hogere waarde bezit dan de oorspronkelijke grondstof. De kringloop wordt met andere woorden gesloten. Bij de circulaire economie horen nieuwe businessmodellen, een andere manier van samenwerken en relaties met klanten onderhouden en dus ook een andere manier van bouwen.
Hoewel de term circulair bouwen relatief nieuw is, gaan veel principes erachter een hele tijd terug. De idee om gebouwlagen te scheiden volgens hun levensduur werd bijvoorbeeld al in de jaren 60 vervat in het concept van ‘drager en inbouw’, dat de dimensie tijd in het architectonische denken introduceerde. Recenter was nog heel wat te doen rond het concept Cradle to Cradle, waarbij architect William McDonough en chemicus Michael Braungart het lineaire model op de schop namen in hun streven naar kringloopsluiting op materiaal-, water- en energieniveau. Zij zagen afval louter als grondstof. Nog ouder dan dat alles zijn hernieuwbare en biologisch afbreekbare materialen, zoals hout, stro, leem en zelfs dierenhuiden. Eeuwen geleden werden die al voor het bouwen van hutten en andere nederzettingen gebruikt.
Circulair bouwen bundelt die bestaande ideeën tot een holistisch gedachtegoed. Vernieuwend daarbij is dat in dit geval vertrokken wordt van een economisch model en een fundamentele reorganisatie van het bouwproces.