Less is more is het principe waarvan het compacte en passieve bruggebouw Mundo-a langs de Turnhoutsebaan in Borgerhout doordrongen is. De volledig zichtbare, houten structuur zorgt voor een unieke beleving. B-architecten, bouwheer Ethical Property Europe en aannemer THV dhulst' - Thys Bouwprojecten bundelden hun kennis en ervaring om het project tot een goed einde te brengen. Daarnaast werkten ook daidalos peutz, Cenergie en UTIL mee aan het circulaire kantoorgebouw. Vanaf vandaag mag Mundo-a zich een van de twee winnaars noemen in de categorie Circular Building van de Belgian Building Awards 2021.
B-architecten won in 2013 een wedstrijd om een bio-ecologisch en passief kantoorgebouw langs de Turnhoutsebaan in Borgerhout te ontwerpen dat maatschappelijk geëngageerde organisaties, zoals onder meer VIBE vzw, moest huisvesten. Het resultaat is een compact, passief bruggebouw waarin circulaire principes de bovenhand nemen. Hoewel de verschillende betrokken partijen niet samenwerkten in een bouwteam, verliep de samenwerking wel even vlot. Ze bogen allemaal gezamenlijk hun hoofd over de moeilijkheden. Volgens B-architecten was de ambitieuze en constructieve houding van alle partijen de sleutel tot het succes van Mundo-a.
Om te komen tot een passief en fossielvrij gebouw, bedacht Cenergie al in de wedstrijdfase een energie- en duurzaamheidsconcept. Dat werd tijdens het ontwerpproces nog uitgediept. De kernpunten daarin waren: geen structureel staal of beton gebruiken, enkel hout; maximaal gebruik van bio-ecologische en hernieuwbare materialen; scheiding van functionele lagen; flexibel binnen de functie kantoor en over de verschillende functies - ook wonen is mogelijk mits beperkte aanpassing; en gebruikmaken van gerecupereerde materialen voor het sanitair en de binnenwanden.
Bruggebouw
Met slechts één verticale kern en een hoofdstructuur van drie houten vakwerkliggers van vier verdiepingen hoog realiseerde B-architecten een compact bruggebouw. Met die constructie biedt het architectenbureau oplossingen voor enkele complexe randvoorwaarden. Zo moest er boven de nooduitgang van de metro, die op het perceel ligt, zes meter vrijgehouden worden en zorgde de ondergrondse metroinfrastructuur voor beperkte funderingsmogelijkheden. Daarbovenop moest het Ecohuis op het perceel achter de site bereikbaar en zichtbaar blijven.
Dankzij het bruggebouw ontstaat er nu een kader voor het achterliggende Ecohuis en een publiek plein dat een meerwaarde biedt aan de gebruikers, bezoekers en buurtbewoners. Naast de vier verdiepingen in het bruggebouw, bestaat Mundo-a uit een transparant volume op het plein en een dakverdieping met een vergaderzaal, technische ruimte en dakterras. Dankzij een vaste kern met daarin de verticale circulatie en secundaire functies ontstaat er een open plan voor de kantoorverdiepingen.
Daarin hebben de architecten sterk ingezet op gedeelde ruimtes zoals kitchenettes, vergaderzalen en ontmoetingsruimtes om het ruimtegebruik te optimaliseren. Zo konden ze de kantoorruimtes beperken in grootte en minder materiaal en ruimte gebruiken om eenzelfde comfort te realiseren. De wanden die ze wel plaatsten zijn licht en alle technieken bleven zichtbaar zodat de indeling van de huidige kantoorverdiepingen eenvoudig aangepast kan worden. Bovendien moet de functie van het gebouw zich in de toekomst niet beperken tot werken. Al in de wedstrijdfase tekende B-architecten meerdere voorstellen uit om de functie van het gebouw ooit te wijzigen naar bijvoorbeeld woonunits.
Zuivere materialen
Het hele gebouw is vastgezet met droge knopen zoals bouten en ingewerkte stalen platen. Het is dus demonteerbaar en de materialen, waarvan een groot deel ook zelf al gerecupereerd werd uit oude gebouwen, zijn herbruikbaar. Zo gebruikten de architecten onder andere sanitaire toestellen en glazen wanden uit ontmantelde kantoorgebouwen. De bouwheer had voor de aanbesteding bijvoorbeeld ook al twee loten gebruikte kantoorwanden aangekocht. Die hebben de architecten verwerkt in de plannen.
Naast het hergebruiken van materialen, hielden de architecten ook rekening met de afkomst van de nieuwe materialen. De groengekleurde keramische pannen, die gebruikt zijn als gevelbekleding, zijn gemaakt van klei uit Ieper. De terugliggende dakvolumes zijn dan weer bedekt met natuurleien uit Spanje en de isolatie van de gebouwschil bestaat voor het grootste deel uit minerale wol. Ook waar de isolatie geperforeerd werd, gebruikten de architecten natuurlijke materialen, als dat mogelijk was. De vloeren zijn grotendeels bedekt met linoleum en tapijttegels van Tarkett die los geplaatst zijn en dus eenvoudig vervangen kunnen worden. Beide materialen zijn Cradle to Cradle: ze zijn geproduceerd uit gerecycleerde of hernieuwbare materialen en worden aan het einde van hun levenscyclus teruggenomen door de fabrikant en volledig gerecycleerd. Ook de decoratieve verlichting en naamborden zijn gemaakt uit gerecycleerd glas en dat door een plaatselijke kunstenaar.
Passief gebouw
Het kantoorgebouw is dus volledig passief met duurzame technieken. Door het compacte ontwerp is de verliesoppervlakte beperkt en een luchtdichte en passieve schil moet de energievraag minimaliseren. Om het risico op oververhitting te beperken, werden er in de voorgevel screens voorzien om de zon te weren. Verder dekt een PV-installatie de energiebehoefte van de gemeenschappelijke technische installaties.
Warmtepompen genereren dan weer voldoende warmte en die wordt door ventiloconvectoren aan het plafond, die ook voor de koeling zorgen, afgegeven in de ruimte. Daarnaast verzorgt een centrale luchtgroep met warmteterugwinning de ventilatie. Die luchtgroep stemt het debiet af op de vraag van de kleinst mogelijke entiteit. Bovendien worden alle technieken aangestuurd door een gebouwbeheersysteem die ze ook onderling op elkaar afstemt.
Less is more
De vakwerkliggers, die de overspanning van dertig meter maken, zijn ingevuld met houten sandwichvloeren. Die sandwichpanelen zijn mechanisch aan de vakwerkliggers bevestigd en variëren in dikte in functie van de benodigde overspanning. De houten structuur die volledig in het zicht gelaten is, resulteert in een unieke beleving in het gebouw. De structurele elementen niet afwerken was dan ook een bewuste keuze, want de architecten namen heel wat ontwerpbeslissingen met het basisprincipe less is more in hun achterhoofd. Zo waren er wel akoestische plafonds nodig, maar de technieken zijn niet verstopt in een verlaagd plafond, en daardoor makkelijk bereikbaar.
Ook parkeerplaatsen zijn opvallend afwezig. Die maken plaats voor fietsenstallingen. Met het Centraal Station en de tram- en bushalte in de buurt komt 95 procent van alle werknemers vandaag met het openbaar vervoer of met de fiets naar het werk.