Biogebaseerd en losmaakbaar renoveren met de wanden van Faay Vianen

Renoveren is per definitie duurzaam omdat je een bestaand pand hergebruikt. Maar het kan nog duurzamer: door te kiezen voor biogebaseerde materialen die ook nog eens losmaakbaar en herbruikbaar zijn kunnen verbouwingen volledig circulair worden gerealiseerd. Dat idee ligt aan de basis van de wandsystemen van Faay Vianen.

De wandsystemen van Faay Vianen, voor het bouwen van niet-dragende scheidingsmuren, hebben een kern van vlas en zijn afgewerkt met een toplaag van gips. “Vlas is een hernieuwbare grondstof die CO2 opslaat in plaats van uitstoot”, begint Johan Mellegers, director development sustainable building products bij Faay Vianen, te vertellen. “De wanden worden in Nederland gefabriceerd. Zo beperken we ook de CO2-uitstoot die gepaard gaat met transport, aangezien het vlas dat wij gebruiken groeit op de kleigronden van Nederland, België en Noord-Frankrijk. De wanden kunnen twee keer sneller geplaatst worden dan traditionele binnenwanden, wat ook weer scheelt op verkeer van en naar de werf.”

Met hun biogebaseerde samenstelling zijn de wandsystemen van Faay Vianen al heel duurzaam, maar hun omkeerbaar ontwerp maakt ze ook helemaal circulair. “Als het gaat om duurzaamheid, is het van belang dat we verder kijken dan het nu”, gaat Johan Mellegers voort. “Voor gebouwen betekent dat: rekening houden met toekomstige transformaties en renovaties. Of dus zorgen dat bouwmaterialen weer losmaakbaar zijn en hun kwaliteit dermate is dat ze daarna kunnen worden hergebruikt. Als je biogebaseerde materialen verkoopt maar er niet voor dat je ze weer los kunt maken met het oog op hun hergebruik, dan ben je per definitie niet circulair bezig.”


Tot zeven keer herbruikbaar

“Onze wandpanelen kun je droog monteren en zijn op die manier herbruikbaar. Tot zeven keer, zo wijst de praktijk uit. Er zijn grote retailers die onze wanden al tientallen jaren gebruiken, steeds in andere configuraties. Door flexibel en aanpasbaar te bouwen, zijn ze op termijn veel goedkoper uit. Kunnen onze klanten de wanden zelf geen tweede leven geven, dan kunnen ze ook gebruikmaken van ons terugnamecontract. Vrijgekomen Faay Vianen-wanden kunnen dan bij ons worden ingeleverd, waardoor de klant bespaart op stortkosten en de CO2-uitstoot voorkomt die de verbranding zou voortbrengen. Wij bekijken dan of we de wandpanelen zelf kunnen doorverkopen, al dan niet na een opwaardering. Als dat niet meer gaat, dan gaan we ze recycleren. Nu doen we zelf nog niets met dat recyclaat, maar we zijn een pocédé aan het ontwikkelen om het vlas en gips te kunnen splitsen zodat we het recyclaat zelf kunnen gebruiken in de productie van nieuwe wanden.”

Losmaakbaarheid en herbruikbaarheid gelden wat Faay Vianen betreft ook voor eventuele toevoegingen aan de wandpanelen, zoals (brandwerende) wandafwerkingen bovenop de reeds aanwezige gipsplaat of geluidsweringsoplossingen. Johan Mellegers: “We zijn bezig met diverse innovatieve ontwikkelingen voor losmaakbare wandafwerkingen, zoals losmaakbare lijm en losmaakbaar stukwerk. We verwachten dat soort oplossingen in de nabije toekomst standaard aan te kunnen bieden.”


Faay op Maat

De Faay wandpanelen zijn handzame elementen die gemakkelijk door bestaande deuropeningen passen. Faay Vianen biedt daarbovenop met Faay op Maat ook de mogelijkheid te kiezen voor wanden die per project op de juiste lengte en breedte worden geleverd. De elementen kunnen tijdens de prefabricatie ook worden voorzien van elektraleidingen en -dozen en eventuele waterleidingen. Faay Vianen kan ze zelfs verpakt per ruimte op bouwvolgorde aanleveren. “Dat verhoogt de bouwsnelheid, scheelt bouwkosten en voorkomt afval. Financieel is het ook gunstig voor de aannemer”, weet Johan Mellegers.

Faay Vianen wil de Faay op Maat-formule nog verbeteren. “Voorheen zaagden we elementen in de fabriek op maat en recycleerden we de afgezaagde delen. Nu draait er een nieuwe lijn waarin we de vlasplaten aan elkaar verlijmen zodat een doorlopend product ontstaat dat we precies op maat kunnen afzagen. Dat bespaart grondstoffen en kosten, gunstig voor de klant in een tijd waarin alle bouwkosten stijgen.”


Circulair bedrijfsmodel

Mellegers merkt dat de markt steeds meer vraagt naar duurzame oplossingen. “Vooral grotere bedrijven willen anticiperen op de komende CO2-taks op bouwmaterialen”, kent hij de oorzaak. “Met ook de stijgende prijs van bouwmaterialen en de aangescherpte MPG-eis (MPG staat voor milieuprestatie gebouwen en omvat een overzicht van de milieubelasting van alle materialen die in een gebouw worden toegepast. In Nederland is het document verplicht bij elke aanvraag voor een omgevingsvergunning, in België bestaat het concept nog niet red.) ontstaat een hele beweging naar meer duurzaamheid.”

“Dat hergebruik en biogebaseerde materialen daar een belangrijke rol in spelen, is voor mij dus een no-brainer. Wij hebben ons bedrijfsmodel, een circulair model, geënt op die aspecten. Als je een lineair model hanteert, wil je alleen maar zo veel mogelijk grondstoffen verkopen. Voor ons zit er echter ook waarde in het hergebruik van onze wanden. Een recent voorbeeld is een project van het COA, dat asielzoekers opvangt, in Alkmaar. In principe komen onze wanden daar na drie of vier jaar weer uit. Dan worden ze gekeurd en wordt een andere bestemming gezocht. De afspraak met het COA is dat we een halfjaar van tevoren weten wanneer de wanden vrijkomen.”

Belangrijk om te noemen vindt Johan Mellegers ook nog het gezondheidsaspect van biogebaseerde materialen. “We zitten veel binnen en het is geweten dat de emissies van bouwmaterialen een negatieve invloed hebben op onze gezondheid kunnen hebben. Biogebaseerde materialen hebben die emissies niet en dragen zo bij aan gezonde binnenlucht. Biogebaseerde bouwmaterialen vormen ten slotte ook nog een nieuwe bron van inkomsten voor landbouwers. Wij zijn dus fier dat wij de biogebaseerde economie, met al de genoemde troeven, mee op gang kunnen brengen”, besluit hij.  

Deel dit artikel:

Onze partners