Bow architecten en burO Groen blazen industriële site in Zulte circulair nieuw leven in

Bow architecten en burO Groen hebben een schetsontwerp klaar om de verlaten, braakliggende site van de voormalige wolspinnerij Denys in het hartje van Zulte nieuw leven in te blazen. Bedoeling is een heroriëntatie naar een hoofdzakelijk residentiële bestemming, doorspekt met buurtversterkende functies. De ontwerpbureaus zijn bij de verdere uitwerking van de principeschets van plan volop in te zetten op circulair bouwen. Dat moet onder meer resulteren in aanpasbare gebouwen en de toepassing van circulaire materialen en omkeerbare verbindingen. Ook de mogelijkheid om de site volledig off-grid te laten functioneren, wordt onderzocht. Voor de nodige studies deden de ontwerpers een beroep op Buro STIEL en Werner Van Dyck.

Op de site van 5,6 ha in het centrum van de Oost-Vlaamse gemeente zijn vandaag nog enkele authentieke relicten te vinden die zichtbaar getuigen van het industriële verleden van de plek, zoals loodsstructuren en een fabrieksgebouw met schoorsteen. Het is de bedoeling van bow architecten en burO Groen om die te integreren in het hoofdzakelijk residentiële herbestemmingsprogramma. Een programma dat doorspekt is met buurtversterkende functies. Het herbestemmingsproject ambieert immers om zich breed te integreren in het omliggende weefsel van Zulte. Vandaar dat het ook zal voorzien in een netwerk van grote en kleinere groene doorgangen in de vorm van pleinen, straten en erfpaden die de woongelegenheden met elkaar verbinden.

Architecturaal wordt de plint van de volumes, die in rechtstreeks contact staat met dat openbare domein, anders aangepakt dan de bovenliggende verdiepingen: de gebouwen krijgen een actieve plint me een open karakter en een frisse materialiteit en de bovenbouw een meer gesculpteerd kararakter met sheds en zadeldaken. Door die speelse vormentaal krijgt de site een totaal nieuwe identiteit die tegelijkertijd toch een knipoog is naar het industriële verleden van de site.

De ontwerpers willen in het project nieuwe definities hanteren op het gebied van mobiliteit, beleving en duurzaamheid. De focus op duurzaamheid komt onder meer voort uit de keuze van de eigenaar, De Wolspinnerij bv, een vereniging van investeerders, om een deel van het project in eigendom te houden en te verhuren. De duurzame keuzes worden telkens afgewogen tegen het rendement ervan. De total cost of ownership (TCO) is dan ook een belangrijkste parameter bij het maken van keuzes van bouwsystemen en materialen alsook bij het definiëren van de energiehuishouding en de technische voorzieningen.


Afbraak tegengaan

Het hoeft niet te verbazen dat in het uiteindelijk ontwerp dan ook heel wat principes van circulair bouwen terug te vinden zullen zijn. Zo krijgen de gebouwen een lichte dragende structuur met daarbinnen vaste kernen en wordt alle overige ruimte opgevat als een vrij plan dat zich nu en in de toekomst laat indelen naar verschillende functies en wensen. Het gelijkvloers, dat contact maakt met het openbaar domein, zal ook een hogere plafondhoogte krijgen om ook daar multifunctionaliteit maximaal in te bouwen. Die ingrepen moeten leiden tot toekomstige aanpasbaarheid en zo afbraak tegengaan.

Op het vlak van materialen wordt ook de circulaire kaart getrokken. De ontwerpers onderzoeken momenteel of het steen-per-steenprincipe kan vervangen worden door de toepassing van prefabmethodes. Ze vergelijken de klassieke massiefbouw met z’n grote CO2-uitstoot meer bepaald met nieuwe bouwsystemen in massief hout zoals CLT of andere houtskeletbouwsystemen.


Circulaire materialen, omkeerbare verbindingen en collectieve technieken

Die laatste systemen hebben ook het voordeel dat omkeerbaar kunnen worden gerealiseerd. Want dat is ook iets waar de architecten naar streven: gebruikmaken van omkeerbare verbindingen zoals schroef- en boutverbindingen, niet alleen in de structuur, maar waar mogelijk ook op andere plaatsen. Ze willen de bouwmaterialen bij verwerking zo zuiver mogelijk houden ten opzichte van elkaar door anders na te denken over de manier waarop ze met elkaar worden verbonden. Door te kiezen voor zuivere, lichte en makkelijk te ontkoppelen bouwmaterialen houden de architecten naar eigen zeggen de deur wagenwijd open voor de nodige wijzigingen in het interieur. Die bouwmaterialen moeten ook klimaatvriendelijk zijn en daarom voornamelijk recuperatiematerialen en hernieuwbare materialen worden.

Tot slot wordt ook onderzocht hoe collectieve technieken – volgens veel experten ter zake cruciaal in een toekomst waarin hernieuwbare energie de norm wordt – kunnen worden geïmplementeerd en hoe de site zelfs helemaal off-grid zou kunnen functioneren. Ook collectieve wateropvang en -buffering komt er als dat haalbaar is.


Cocreatief ontwerpproces

Het project is ook redelijk uniek in het feit dat alle keuzes cocreatief tot stand komen teneinde de duurzaamheid ervan nog verder te vergroten. Zo betrekt het ontwerpteam de opdrachtgever nadrukkelijk bij de verdere uitwerking van het ontwerp, zowel van de gebouwen als de buitenruimte. Die laatste laat zich daarvoor ondersteunen door Consult Supply. Ook de gemeente, vertegenwoordigd door het college, is een belangrijke gesprekspartner. Dat alles moet leiden een project dat niet alleen klimaatadaptief en planeetvriendelijk is, maar ook maatschappelijk relevant.


Uitdagingen

Een belangrijke uitdaging in het project zit volgens bow architecten in de sociale dimensie van wonen in het project. Er wordt inclusiviteit vooropgesteld, maar dat kan vertaald worden op verschillende manieren. Diverse nieuwe typologieën worden daarom nu besproken en getest. Hun locatie, hun schaal, hun financiering en hun rendementen worden onderzocht. Ook worden bekeken in welke verhoudingen sociale woningen, cohousingwoningen en woningen met een zorgfactor worden geïntegreerd. Dat alles moet gedragen worden vanuit de visie van de gemeente en die van de investeerder.

Een bijkomende uitdaging ligt op het vlak van mobiliteit. Omwille van z’n centrumlocatie wordt het voorzien in wageninfrastructuur in de weegschaal gelegd ten opzichte van de aanwezigheid van de (elektrische) fiets en bakfiets. Het model van parkeren voor de deur wordt afgezworen. De fiets krijgt prioriteit op het niveau van het maaiveld. Het aantal deelwagens, gekoppeld aan private eigendom, en hun opstelling zal worden getest in een eerste fase om de inzichten door te vertalen naar volgende fases.


Start werken in 2024

Zulte mag zich dus opmaken voor een nieuw bruisend en circulair woonproject op haar grondgebied. Een project dat volgens bow architecten zowel binnen als buiten z’n grenzen een nieuwe dynamiek in Zulte zal genereren. “De Wolspinnerij is een toekomstgericht project dat mee wil evolueren met de duurzame verschuivingen, wensen en noden van de maatschappij en de planeet. Door het cocreatieve nadenken over alle aspecten op schaal van de site, wordt een algemeen samenhangend en duurzaam woonlandschap gecreëerd. De tool Quickscan Duurzame Wijken, gebaseerd op de meer uitgebreide Duurzaamheidsmeter Wijken van de Vlaamse overheid, leverde in de huidige fase alvast een excellent-score op”, besluit Pieter Verfaillie van bow architecten.

Verwacht wordt dat de wegeniswerken kunnen starten in het najaar van volgend jaar. In maart 2024 zouden de werken aan de gebouwen moeten beginnen.

Deel dit artikel:

Onze partners