Gunter Bosmans besloot de Circubuild-award door te geven aan Groep Moris uit Berlaar, een bedrijf gespecialiseerd in tuin-, park- en landschapsarchitectuur en de restauratie van historische gebouwen dat er een hoofdzaak van gemaakt heeft zo veel als mogelijk te werken met gerecupereerde materialen. Als pijnpunt voor circulair bouwen haalt Bosmans het feit aan dat het onderhoud van gebouwen vaak te wensen overlaat, waardoor een sloop veel sneller aan de orde is. “Met lichte renovaties op regelmatige basis zou je de levensduur van een gebouw aanzienlijk kunnen verlengen.”
De overdracht van de Circubuild-award vond plaats op het prachtige domein van Groep Moris in Berlaar, dat kan tellen als visitekaartje voor het bedrijf gespecialiseerd in tuin-, park- en landschapsarchitectuur en de restauratie van historische gebouwen. “Je zou het misschien niet zeggen, maar de gebouwen en schuren die je hier ziet staan, stonden er nog niet toen mijn vader, die Groep Moris oprichtte in 1986, dit domein jaren geleden kocht”, vertelt dochter Jasmin wanneer ze ons en Gunter Bosmans ontvangt. “Dat ze toch zo authentiek ogen, heeft zeker te maken met het feit dat ze haast integraal zijn opgetrokken uit recuperatiematerialen. Eigenlijk was in elk gebouw enkel de betonnen structuur nieuw.”
Groep Moris zweert dan ook bij het gebruik van recuperatiematerialen in haar activiteiten. “De keuze om zo veel als mogelijk bestaande materialen te gebruiken is zowel een ideologische als esthetische", vertelt ze. “Het is ook in die context dat wij Gunter destijds leerden kennen.”
“Overheid geeft slechte voorbeeld”
Wie de Circubuild-award doorgeeft, moet een pijnpunt benoemen dat de transitie naar circulair bouwen nog mee in de weg staat. “Vooreerst wil ik zeggen dat ik mij aansluit bij het pijnpunt dat de vorige winnaars, Jan en Louise Franck uit Kampenhout, aanhaalden: dat bedrijven als het hunne en mijne vaak niet voldoende tijd krijgen om ons werk terdege te doen, waardoor veel herbruikbaar bouwmateriaal uiteindelijk toch bij het afval belandt, en dat de overheid beleidsmatig meer zou kunnen doen om circulair bouwen te stimuleren", aldus Bosmans. "Het pijnpunt dat ik zelf wil benoemen, is het feit dat het onderhoud van gebouwen vaak te wensen overlaat, waardoor een sloop veel sneller aan de orde is. Wanneer je op regelmatige basis lichte renovaties zou doen, zou je de levensduur van een gebouw aanzienlijk kunnen verlengen. En wanneer het toch moet worden afgebroken, zal veel materiaal uit het gebouw dan nog herbruikbaar zijn. Het as a service-model kan daar natuurlijk een oplossing voor zijn. Hoe meer producten en systemen in een gebouw volgens dat model worden geleverd, hoe meer onderhoud er zal plaatsvinden, omdat dat dat in een as a service-model de taak blijft van de fabrikant.”
Bosmans vindt dat de overheid ook hier een rol heeft op te nemen. “De overheid koopt nu en dan gebouwen op, overal ter lande. Hoewel het uitgangspunt daarbij vaak de historische waarde is – denk maar aan kastelen – laat ze die gebouwen vervolgens soms tot wel twintig jaar verloederen voor er effectief iets mee gebeurt – een renovatie met al dan niet herbestemming. Zo geef je bepaald niet het goede voorbeeld.”
“Al zijn er ook wel instanties die wél enorm veel doen voor ons patrimonium, zoals Kempens Landschap bijvoorbeeld, een vzw mee bestuurd vanuit de provincie Antwerpen. Ik wil dus liever niet gezegd hebben dat er geen aandacht is voor het probleem”, nuanceert Jasmine.
“Impact award gevoeld”
“Ik sta er ook op jullie, bezielers van de Circubuild-award, te bedanken”, richt Bosmans zich ten slotte ook nog tot ondergetekende. “De prijs heeft mij veel telefoontjes van potentiële klanten opgeleverd. Jullie zijn dus zeker aan het slagen in jullie opzet achter het hele Circubuild-project; circulair bouwen mee faciliteren.”