Cirkelredeneringen: "Coronavirus als driver voor circulariteit"

Onze huiscolumniste Birgitt Deckers zet in haar nieuwe column een boompje op over het coronavirus. We kunnen er volgens haar lessen uit trekken op weg naar een meer circulaire wereld. Corona als driver voor circulariteit.

De moeder van mijn beste vriendin is ontzet omdat haar nieuwe eetkamer niet voor haar 60ste verjaardag geleverd kan worden. Omwille van het coronavirus, want het textiel voor de stoelen moet uit Italië komen. Dichterbij werd Material District in Rotterdam opgeschoven naar een zonniger seizoen en vanaf vandaag mogen concerten in België met meer dan 1. 000 bezoekers niet meer doorgaan. We blijven met zijn allen thuis en kopen enkel nog het broodnodige. Waar wij als circulaire denkers al jarenlang voor pleiten, heeft het coronavirus in luttele maanden klaargespeeld: een mondiale gedragsverandering naar een duurzamere levensstijl.

Quarantaine is niet bepaald de levensstijl die we voor ogen hebben, maar het effect op de planeet is alleszins positief. Cijfers over de drastisch verminderde CO2-uitstoot in gastland China spreken voor zich. Veel kinderen daar zien voor het eerst in hun leven een blauwe hemel. Dat weet ik van mijn studenten Sustainable Furniture Design in Shanghai destijds. Die zaten toen al met mondkapjes op in de les, maar dat had niks te maken met ziekteverspreiding, wel met bescherming tegen de luchtvervuiling door industriële productie op een schaal die de meesten onder ons zich niet kunnen voorstellen. Daar zijn wij mede verantwoordelijk voor. Jarenlang hebben wij onze productie-eenheden verhuisd naar China omwille van de lage loonkosten in dat land, met als resultaat de enorme impact van het virus op onze economie vandaag.

Een hoera-verhaal. Leert het coronavirus ons dan dat isolatie en onafhankelijkheid voorwaarden zijn voor een duurzamere levensstijl? Het antwoord is toch nog wat complexer. Chinezen hebben de afgelopen decennia zwaar geïnvesteerd in het aantrekken van gespecialiseerde kennis van over de hele wereld. Die kennis wordt binnengebracht als wegwerpartikel weliswaar, want eens overgedragen maakt dat onafhankelijk om zelf lokaal te creëren. Hoewel dat laatste een van de maatstaven is in een circulair model, is China toch bezwaarlijk circulair te noemen. Bovendien was er van die lokale productie dus ook geen sprake geweest zonder gespecialiseerde kennis te laten overvliegen, ook niet bepaald circulair.

Nog iets om over na te denken: wij Belgen zijn na de Scandinaviërs en onze noorderburen koplopers in het ontwikkelen van circulaire systemen en procedures. Maar zijn we wel goed bezig als straks elk land zijn eigen systemen en producten ontwikkelt? Nationale onafhankelijkheid zorgt voor economische zekerheid maar ook voor isolatie. Zelfs binnen de eigen landsgrenzen maken we het onszelf moeilijk in de transitie naar circulaire producten. Iedereen wil zijn eigen systemen ontwikkelen en die als norm opleggen aan de markt, want de bedenker is degene die het grote geld gaat verdienen.

Een heleboel paradoxen op een rijtje dus. De vraag is: gaan we vasthouden aan die uniciteit en lokale productie of moeten we verder durven denken over circulariteit in een globale context? Dat laatste lijkt me absoluut het geval, anders had ik mijn bedrijf Studio België genoemd, in plaats van Studio Planeet. Open innovatie en transparantie zijn mijns inziens sleutelwoorden om de circulaire economie wereldwijd te doen slagen. Ik las deze week een interview van Li Edelkoort op Dezeen, waarin ze zei: “Corona offers a blank page for a new beginning.” En daar ben ik het absoluut mee eens.

Deel dit artikel:

Onze partners