Doctoraatsonderzoeker Erik Pelicaen ontkracht vooroordelen over bouwen met leem (deel 2)

Ooit was aarde of leem naast hout het enige materiaal waarmee je stevige constructies kon bouwen. Vandaag moet de natuurlijke grondstof het als bouwmateriaal echter heel vaak afleggen tegen beton en staal. Toch is de toepassing van ongebakken aarde in de bouwsector aan een revival bezig. “Vanuit het besef dat circulair bouwen een noodzaak is om de klimaatproblemen en dreigende grondstoffenschaarste te counteren”, vertelt Erik Pelicaen, die aan de faculteit Architectuur en Kunst van de UHasselt doctoraatsonderzoek voert naar het gebruik van ongebakken aarde als bouwmateriaal. In drie artikels ontkracht hij voor ons de zes meest hardnekkige vooroordelen waar het ecologische bouwmateriaal vandaag nog mee kampt. In deel 2 weerlegt hij de stigma's dat aarde of leem een zwak bouwmateriaal is en het bouwmateriaal geen toepassingen kent in de stad. 

Vooroordeel 3: “Aarde is een zwak materiaal”

“Aarde is waarschijnlijk het oudste bouwmateriaal ter wereld. En kijk eens naar de oudste nederzettingen die je vandaag nog vindt op onze planeet: in Mesopotamië vind je nog resten van de eerste menselijke nederzettingen en delen van de in aarde gebouwde Chinese Muur staan vandaag ook nog steeds recht. Een van de meest iconische voorbeelden om dat vooroordeel te weerleggen is het dorp Taos Pueblo in New Mexico. Het dorp met adobe-gebouwen (adobe is moddersteen, red.) is bijna 1.000 jaar oud en er wonen vandaag nog steeds zo’n 150 mensen. Niet onbelangrijk: in New Mexico komen veel tornado’s en hagelstormen voor. Wat ook wel dient gezegd: om het voortbestaan van de gebouwen te verzekeren, moeten ze elk jaar een verse laag aarde krijgen.”

“Gerelateerd aan dit vooroordeel is het standpunt dat je met aarde niet hoog zou kunnen bouwen. Natuurlijk is het niet makkelijk torens te bouwen met dit materiaal, maar er zijn toch een aantal voorbeelden die tonen dat het wel kan. De stad Shibam in Jemen, ook wel het Manhattan van de woestijn genoemd, is er zo een. Ze dateert uit de 16de eeuw en is gebouwd met hoge adobe-gebouwen. Er wonen vandaag nog steeds 7.000 mensen. Dat de gebouwen tot wel elf verdiepingen tellen, werd mogelijk door te werken met hele dikke muren. Ook die gebouwen in Shibam hebben wel elk jaar een nieuwe laag nodig. En zelfs in natte(re) klimaten vind je voorbeelden. In Weiburg in Duitsland staat vandaag nog steeds een aarden appartementsgebouw uit 1830 recht dat zes verdiepingen telt.”

“Aarde is dus best wel een bestendig materiaal. Ironisch genoeg bestaan er proeven in labo’s om de levensduur van bouwmaterialen te testen, maar slaagt aarde daar meestal niet voor, omdat dezelfde criteria gebruikt worden als voor baksteen of beton.”


Vooroordeel 4: “Aarde kent geen toepassingen in de stad”

“Hoewel dat overwegend nog zo is, wordt aarde toch stilaan meer en meer toegepast als bouwmateriaal in de stad. De meest courante toepassing vandaag de dag is als leempleister. Om maar twee voorbeelden te noemen: Karper, een residentieel project van Hé Architecten in Molenbeek, en Usquare, de reconversie van een voormalige politiekazerne, beide in Brussel. In beide projecten werd gebruikgemaakt van leempleisters van BC materials uit Brussel, dat uitgegraven grond van Brusselse stadswerven omzet naar leemproducten. Maar ook leemstenen – wat BC materials ook maakt – vinden steeds meer ingang. Voor binnenmuren lijkt het een interessant alternatief voor bijvoorbeeld cellenbeton of baksteen. Een cultureel centrum in Toulouse gebruikte ze om de muren van verschillende auditoria te bouwen. Maar ook stampleem komt steeds meer opzetten in de stad. Het project L’Orangerie van Clément Vergély architectes in de wijk La Confluence in het Franse Lyon, opgeleverd in 2021, is een mooi voorbeeld.”

In het derde en laatste artikel dat volgende week verschijnt, weerlegt Pelicaen de vooroordelen dat aarde of leem geen modern bouwmateriaal is en dat water de grootste vijand is van het bouwmateriaal.

De drie artikels vormen samen een heruitgave van een lang artikel dat verscheen in het juninummer van ecoTips.

Deel dit artikel:

Onze partners