Met de eerstesteenlegging is het startschot voor de renovatie en uitbreiding van het stadhuis in Roeselare officieel gegeven. Geheel in lijn met de circulaire ambities van het ontwerpteam werd voor dat officiële moment niet gekozen voor de eerste de beste steen, maar wel voor enkele exemplaren afkomstig van het oorspronkelijke belfort op de Grote Markt. Hergebruik vormt lang niet het enige uitgangspunt in het ontwerp van B-architecten en Bressers Erfgoed, die voor de nodige studies en het landschapsontwerp respectievelijk samenwerkten met Arcadis en Atelier Arne Deruyter. Zo maken een grote mate van flexibiliteit en demonteerbaarheid en een aansluiting op een warmtenet gevoed door de plaatselijke verbrandingsoven het circulaire plaatje nagenoeg compleet.
Het was het ontwerpteam zelf dat samen met het college van burgemeester en schepenen en de aannemers de eerste steen van het vernieuwde stadhuis mocht metselen, in aanwezigheid van buurtbewoners en juryleden van de ontwerpwedstrijd die de stad had uitgeschreven voor het nieuwe stadhuis. De stenen die gebruikt werden kenden dus al een eerste leven in de belforttoren, die net als het Roeselaarse stadhuis UNESCO-werelderfgoed is. De erfgoedstukken lagen bewaard in het stadsarchief.
Het stadhuis van Roeselare bevindt zich al jaar en dag in het centrum van de stad, tussen de Grote Markt en de Botermarkt. Het stadsbestuur van Roeselare startte in 2019 een procedure op om het te vernieuwen, aangezien het complex al enkele jaren tegen zijn limieten aanliep. Zo was de wachtruimte te klein geworden, liet de toegankelijkheid voor mindervaliden te wensen over en waren de verschillende diensten voor de burger niet erg logisch gestructureerd over de verschillende verdiepingen. Het allegaartje van gebouwen die samen het stadhuis vormden, was ook niet langer onderhoudsvriendelijk en energiezuinig. Het historische gedeelte van het stadhuis, met onder meer de belforttoren, moest gerenoveerd worden en de panden zonder veel historische waarde moesten plaatsmaken voor een duurzame nieuwbouw, die naadloos zou aansluiten op de erfgoedpanden.
Transparant atrium
In het winnende ontwerp van B-architecten, Bressers Erfgoed, Arcadis en Atelier Arne Deruyter komt de nieuwbouw, die zal fungeren als administratief centrum, te liggen langs de Botermarkt en de Zuidstraat. De hoofdingang van het stadhuis(complex) zal opnieuw te vinden zijn aan de Grote Markt – doorheen de jaren was die verplaatst. De gerenoveerde historische gebouwen en de nieuwbouw worden verbonden door middel van een transparant atrium dat moet fungeren als centrale ontmoetingsplaats. Langs het atrium komen loketten, vergaderzalen en gespreksruimtes.
Het nieuwbouwvolume wordt door middel van diverse terrassen en daktuinen op schaal van de omgeving gebracht. In het binnengebied komt een publieke tuin die een aangename verblijfsruimte zal vormen voor personeel en buurtbewoners en een groene impuls moet geven aan het stadshart van Roeselare. Het ontwerp van B-architecten en Bressers Erfgoed voorziet niet parkeerplaatsen, wel in een royale fietsenstalling.
Hergebruik van bestaande materialen in situ en ex situ
Het ontwerp zet doorgedreven in op circulair bouwen. Zo worden alle nog bruikbare materialen afkomstig uit de gebouwen die verdwenen, hergebruikt in de nieuwbouw of verkocht met het oog op hergebruik in andere projecten. Daarvoor genereerde Arcadis een uitgebreide digitale inventaris, gekoppeld aan een BIM-model, die een correct beeld gaf van het circulaire potentieel van de te slopen panden en als basis diende voor een sloopbestek voor recuperatie. Stadsbader stond in voor de sloop, of beter ontmanteling, van de bestaande gebouwen.
Van de recupereerbare meubels en bouwelementen bestemd voor hergebruik in andere projecten werd een catalogus gemaakt die vervolgens verdeeld werd onder meer dan 500 verenigingen en scholen. Een vijftigtal verenigingen en scholen gingen zo naar huis met keukens, kantoormateriaal, stoelen, radiatoren, kasten, lampen …
Demonteerbaar en aanpasbaar ontwerp
Het ontwerpteam zag er ook op toe dat de nieuwe materialen in de nieuwbouw later opnieuw hergebruikt kunnen worden. Maar niet alleen op elementniveau zetten de ontwerpers in op demonteerbaarheid.
Dat is ook het geval op gebouwniveau, waar naast demonteerbaarheid ook aanpasbaarheid het uitgangspunt was. Het gebouw bestaat uit een flexibel grid van kolommen en balken met niet-dragende binnenwanden en gevels. Naast die binnenwanden en gevels zijn ook de vloeren en plafonds in grote mate flexibel en demonteerbaar, dankzij het gebruik van computervloeren, tapijttegels en klimaatplafonds.
Restwarmte van verbrandingsoven
Het nieuwe stadhuis wordt ook aangesloten op het warmtenet van Roeselare om zo warmte van de MIROM-verbrandingsoven MIROM te recupereren. Die zal zowel gebruikt worden om het gebouw te verwarmen als te koelen. Het energieverbruik wordt voorts sterk gereduceerd door doorgedreven isolatie en zonnepanelen. Twee grote regenwaterreservoirs moet zorgen voor de recuperatie van hemelwater.
Bekroond met Belgian Construction Award 2021
Dat alles moet van het vernieuwde stadhuis van Roeselare een van de meest duurzame stadhuizen van het land maken, zo niet het duurzaamste. De ambitie van de ontwerpers en de stad Roeselare is dan ook om voor het vernieuwde stadhuis het BREEAM Excellent-label te behalen. Dat het project de Belgian Construction Award 2021 won in de categorie Circular Building doet op dat vlak alvast het beste verhopen.
Als de bouwwerken, onder leiding van Algemene Bouw Maes, volgens plan verlopen, opent het nieuwe stadhuis in de stad van Rodenbach in de eerste helft van 2024 de deuren.