De zonwering op de zuidgevel van het Institut du Monde Arabe in Parijs is geïnspireerd op de werking van het menselijke oog en verdient daarom een artikel in onze rubriek Natuur als Leermeester, die focust op biomimetica of biomimicry en de invloed ervan op de bouw- en architectuursector.
Begin jaren 80 won Jean Nouvel in samenwerking met Architecture Studio de ontwerpwedstrijd voor het Institut du Monde Arabe in Parijs, een kenniscentrum over de Arabische wereld, een initiatief van de Franse regering en achttien Arabische landen. Het gebouw dat in 1987 voltooid werd, huisvest een museum, een bibliotheek, een auditorium, kantoren, vergaderzalen en een restaurant.
Honderden lichtgevoelige diafragma’s
Typerend voor het werk van Jean Nouvel is zijn aandacht voor geveldetails en dat was in dit project niet anders. Voor de zuidgevel stelde de architect een zonweringsysteem voor geïnspireerd op het menselijke oog. Het stalen systeem bootst de werking van de iris na. Het bevat enkele honderden lichtgevoelige diafragma’s die responsief op de weersomstandigheden de hoeveelheid licht regelen die het gebouw binnenkomt. De hoeveelheid daglicht buiten en de temperatuur zijn daarbij bepalend.
Door haar specifieke werking genereert de zonwering bovendien boeiende visuele patronen voor voorbijgangers. De geometrie van de lens verandert immers constant: nu eens een vierhoekig patroon, dan weer een cirkel of achthoek. Ook binnen in het gebouw merk je dat, aan het dynamische lichtspel op muren, plafonds en vloeren dat daar het gevolg van is.
Nouvel had echter ook aandacht voor de context waarin hij ontwierp. Waar de werking van het systeem het menselijke oog kopieert, is het uitzicht ervan geïnspireerd op een archetypisch element van de Arabische architectuur: de mashrabiya, een decoratief rooster dat traditioneel uit gedraaide houten staven en bollen is samengesteld. In de islamitische cultuur worden mashrabiya’s al eeuwen toegepast als traliewerk voor afscherming van ramen, deuren en erkers van huizen, moskeeën en paleizen.
De zuidgevel van het Institut du Monde Arabe in Parijs is zo een mooi voorbeeld van hoe ingewikkelde technische systemen ook een grote architecturale expressie kunnen bezitten.
Kanttekening
Prof. dr. ir. arch Griet Verbeeck, die aan de UHasselt onder meer onderzoek doet naar duurzame bouw- en renovatiemethodes, liet ons als fervent lezer van deze rubriek kort na het verschijnen van dit artikel weten dat een kanttekening toch wel op haar plaats is. “Biomimicry draait inderdaad om het gebruiken van de natuur als inspiratie bij het ontwerpen van producten, processen en systemen, maar je doet dat net – dat is ook deel van de definitie – omdat die natuurlijke oplossingen ingenieus, duurzaam en stabiel zijn onder veranderende omstandigheden en, omdat ze er zelf deel van uitmaken, de natuur geen schade toebrengen.”
“En dat laatste is niet bepaald het geval bij de gevel van het Institut du Monde Arabe. De ontwerper heeft zich laten inspireren door het principe van een diafragma, maar daar stopt voor mij toch wel de inspiratie die uit de natuur is gehaald. Zo is de hoeveelheid materiaal en techniek die aan de binnenkant zit gigantisch: alle materialen voor de diafragma's, sensoren, motortjes … Met bovendien veel nood aan onderhoud. Dat lijkt me verre van circulair. De oplossingen die we in de natuur vinden zijn toch net wat eleganter.”
“We moeten als ontwerpers toch iets meer moeite moeten doen bij het nabootsen van de natuur om tot echt uitgepuurde, high-thinking-, low-techoplossingen te komen. Anders riskeren we louter greenwashingoplossingen te ontwikkelen die ons geen stap dichter brengen bij waar het echt om draait. De projecten van Studio Roosegaarde, Doris Kim Sung en Michael Pawlyn vind ik op dat vlak al veel inspirerender.”
Bron: archdaily.com