Julie Appelmans, net afgestudeerd als ingenieur-architect aan de UGent, deed als masterproef ontwerpend onderzoek naar de inzetbaarheid van de Mobble voor circulaire gebouwen voor het huisvesten van studenten. Het resultaat van haar onderzoek is een reeks aanbevelingen en ontwerpprincipes om de circulaire woonmodule – waar verschillende partners aan meewerkten, waaronder de UGent zelf, en die begin dit jaar gecommercialiseerd werd door inhout – bruikbaar te maken voor studentenhuisvesting én enkele uitgewerkte voorbeelden van typekamers om de principes af te toetsen. Omdat een thesis die circulair bouwen een duwtje in de rug kan geven volgens ons alle aandacht verdient, publiceren wij op Circubuild graag de samenvatting.
De demografische groei zal, zowel op de reguliere huizenmarkt als voor studentenhuisvesting, grote tekorten met zich brengen. Dat stelt grote uitdagingen aan de bouwwereld, aangezien men met de huidige bouwmethoden de ruwe grondstoffen van de aarde uitput. Er dient dus een circulaire aanpak met nieuwe constructie- en ontwerpprincipes in werking te treden. Daar zet de Mobble – kort voor Modular Building Block – met kernwaarden als modulariteit en flexibiliteit op in.
De masterproef onderzoekt het inzetten van de Mobble om circulaire gebouwen te realiseren voor studentenhuisvesting. Om een relevant onderzoek te voeren, is het nodig om te begrijpen wat een Mobble is en wat haar kernwaarden zijn. Concreet wordt dat bekeken aan de hand van de Solar Decathlon-wedstrijd, waar de Mobble in de prijzen viel, onder andere in de categorie Constructie & Techniek.
Vervolgens wordt afgetoetst of de basisprincipes en kernwaarden ook in de praktijk omgezet kunnen worden. Dat gebeurt aan de hand van Stewart Brands circulariteitstheorie, die gebouwen opdeelt in verschillende levensduurlagen. Eens de Mobble een circulair concept blijkt te zijn, door toetsing aan de circulariteitstheorie van Brand, wordt er aan de hand van verschillende referentieprojecten bekeken of ze inzetbaar is voor het programma van studentenhuisvesting.
Als resultaat van het onderzoek volgt een lijst van ontwerpprincipes en aanbevelingen voor het gebruik van de Mobble als studentenhuisvesting, alsook enkele uitgewerkte voorbeelden van typekamers om de principes af te toetsen.
De Mobble heeft doorheen het onderzoek bewezen veel opportuniteiten te bieden om circulaire gebouwen op te trekken. De optie om de module in te zetten voor studentenhuisvesting is zeker een bewandelbare piste, waarbij de lijst van ontwerpprincipes kan gelden als eerste leidraad. Echter, hoewel de keuze voor studentenhuisvesting maatschappelijk relevant is, mag deze keuze geen evidentie zijn. De Mobble werd ontwikkeld om voor een veelheid van programma’s in te zetten en om de gehele bouwsector in een meer duurzame richting te stuwen. Andere functies en programma’s kunnen in de toekomst dus eveneens onderzocht worden en minstens even interessante resultaten opleveren.
De masterproef 'Ontwerpen onderzoek naar de inzetbaarheid van de Mobble voor studentenhuisvesting' zal binnenkort te raadplegen zijn in of via de website van de Universiteitsbibliotheek UGent.