In opdracht van Inclusio toverde het in Frankrijk en België actieve Urban Nation Architects & Associates, kortweg Una|a, een voormalig kantoorgebouw in Schaarbeek om tot een gemengd complex bestaande uit appartementen en een polyvalente ruimte die verhuurd kan worden aan sociaal bewogen vzw’s. Het project, momenteel in afwerkingsfase, was in 2019 een van de laureaten in de Brusselse projectoproep Be Circular. De architecten pasten dan ook heel wat circulaire bouwprincipes toe.
Pavillion 7-9 omvat de transformatie van een verouderd kantoorgebouw uit de jaren zestig in de Paviljoenstraat in Schaarbeek tot een gemengd complex bestaande uit 41 betaalbare appartementen en een polyvalente ruimte om te verhuren aan vzw’s met een maatschappelijke roeping. Het project werd uitgevoerd in opdracht van Inclusio, een sociale investeerder die als missie heeft kwaliteitsvolle woningen aan te bieden - op lange termijn - aan zwakkere bevolkingsgroepen aan betaalbare huurprijzen. Daarnaast investeert Inclusio ook in sociaal en maatschappelijk nuttige infrastructuur. Inclusio kocht het gebouw van de VVSG, dat er tot december 2018 zijn hoofdkwartier had.
Urban Nation Architects & Associates, kortweg Una|a, werd aangesteld al architect. Het bureau besloot samen met Inclusio de structuur van het gebouw, de verticale kern, de liftschacht en de ondergrondse garage uit ecologische en economische redenen te behouden en daarnaast maximaal in te zetten op de principes van circulair bouwen, wat naast hergebruik van de genoemde elementen ook resulteerde in hergebruik van bepaalde materialen en technische installaties en in een aanpasbaar ontwerp. Het gebouw moet mee bijdragen aan de herontwikkelingsdynamiek die in de bewuste wijk middels een wijkcontract, Stephenson genaamd, moet worden bewerkstelligd.
Selectieve ontmanteling
De architecten verhoogden het gebouw met een CLT-structuur. De nieuwe voorgevel bestaat ook uit een houtskelet en werd geïsoleerd met minerale wol en bedekt met gevelcementleien in verschillende tinten. De kozijnen zijn ook van hout, waardoor de hele voorgevel voor een groot deel bestaat uit hernieuwbaar materiaal en zo een lagere CO2-voetafdruk heeft dan een traditioneel gemetselde gevel.
De achtergevel, ook geïsoleerd met minerale wol, werd dan weer afgewerkt met gevelpanelen. Die schijnbaar gebruikelijke keuze werd gemaakt omdat ze ook bijdraagt aan een CO2-optimalisatie, zo wees de Totem-tool uit. Die tool werd gebruikt als leidraad bij een groot deel van de afwerkingsmaterialen. De nieuwe buitenkant van het gebouw moet zowel voor voorbijgangers op straat als voor treinreizigers - de spoorweg loopt aan de achterkant van het gebouw - een duidelijk signaal zijn voor de vernieuwing die de wijk de komende jaren ondergaat. Beide gevels zijn met minimale aanpassingen aanpasbaar.
Retrival, een bedrijf uit de sociale economie gespecialiseerd in selectieve ontmanteling van gebouwen, werd ingeschakeld om het hergebruik van bestaande afwerkingsmaterialen in de binneninrichting te maximaliseren, zowel in het project zelf als off site, in andere werven. Zo werden de dekvloeren en de vloerbedekkingen behouden en werd ook een deel van de bestaande deuren hergebruikt in Pavillion 7-9. Bestaande scheidingswanden en bestaand binnenschrijnwerk werden gedemonteerd om elders te worden hergebruikt.
Retrival hielp ook te bepalen welke technische installaties konden worden gerecupereerd. Zo werd de bestaande ketel gereviseerd en geüpgraded en aangevuld met een warmtekrachtkoppeling.
Materialen en bouwsystemen die niet konden worden hergebruikt, werden in de mate van het mogelijke gerecycleerd.
Flexibel ontwerp
Alle nieuwe binnenwanden hebben dan weer een Cradle to Cradle-label. Speciale technieken werden bedacht om het gewicht van die scheidingswanden te beperken. Ook voor de gevels en vloeren gebeurde dat.
Er werden ook speciale oplossingen ontwikkeld om thermisch en akoestisch comfort te garanderen, rekening houdend met de beperkte capaciteit van de bestaande structuur op dat vlak.
Op ontwerpniveau minimaliseerden de architecten energieverslindende bouwkundige veranderingen door de centrale verticale kern te behouden en renoveren. De appartementen zijn allemaal toegankelijk via die centrale kern. Doordat die kern behouden werd, werden ook de functionaliteit en flexibiliteit van de polyvalente zaal bestemd voor sociaal bewogen vzw’s, op niveau 0, nog verder opgedreven omdat ze maar op één plek werd onderbroken. De nieuwe Cradle to Cradle-binnenwanden op de niveaus van de appartementen kunnen worden verplaatst en faciliteren zo op hun beurt een mogelijke herbestemming van het gebouw.
Het sociale aspect van het project gaat trouwens verder dan betaalbaar wonen en het feit dat het ruimte biedt aan vzw’s met maatschappelijk nut. Zo zijn er ook meer parkeerplaatsen in de ondergrondse garage dan de bewoners nodig hebben en worden de overtollige plaatsen in samenwerking met BPark beschikbaar gesteld voor buurtbewoners. Ook kunnen de bewoners gezellig keuvelen op een gemeenschappelijk dakterras.