Architectura.be Podcast ging met Roos Servaes van Vlaanderen Circulair en Waldo Galle van de VUB in gesprek over circulair bouwen en de struikelblokken in de transitie ernaartoe. In een vervolgreeks op deze website brengen we de neerslag van de tien besproken pijnpunten, in evenveel artikels. In dit artikel leest u de mening van de experten over struikelblok nummer drie, dat luidt dat er te weinig vraag zou zijn naar tweedehandsbouwmaterialen.
Een opmerking die geregeld terugkeert wanneer het gaat over circulair bouwen is dat er te weinig vraag is naar tweedehandsbouwmaterialen. Voor de goede orde: het gaat daarbij niet over bouwproducten die een bepaald percentage recyclaat bevatten, maar bouwmaterialen die in hun bestaande vorm worden aangeboden voor hergebruik. Galle en Servaes zien verschillende oorzaken voor die beperkte vraag.
“Vanuit de ervaring die ik de afgelopen jaren opbouwde in de materie, denk ik te kunnen stellen dat de vraag zo laag is omdat het niet duidelijk is wat er aan voorraad is aan tweedehandsbouwmaterialen”, vertelde Servaes in de podcast van onze zusterwebsite architectura.be. “Ik kreeg al van verschillende partijen te horen dat ze meer transparantie verlangen rond het aanbod aan tweedehandsbouwmaterialen. Ook willen ze graag op een makkelijke manier te weten kunnen komen waar welke materialen in de toekomst zullen vrijkomen. Nu vergt de juiste tweedehandsbouwmaterialen vinden vaak een ware zoektocht, en dan wordt er sneller afgehaakt. Als het aanbod, maar ook de vraag, duidelijker in kaart kan worden gebracht, zal er een grotere dynamiek ontstaan.”
Galle sloot zich aan bij die stelling. “Dat in kaart brengen moet dan wel gepaard gaan met een duidelijke omschrijving van de (resterende) kwaliteit van die materialen. Want dat is nu soms ook een reden waarom er uiteindelijk voor nieuwe bouwmaterialen wordt gekozen. Ik denk dat de vraag groter zal worden de dag dat bouwmateriaalproducenten met grondstoffentekorten te maken krijgen. Dan zullen ze zelf vragende partij zijn in de markt van tweedehandsbouwmaterialen en daarom een systeem uitdokteren om hun geproduceerde en verkochte materialen meer onder controle te houden, zodat een bepaald deel daarvan later eventueel kan terugstromen. Dat systeem zou dan inderdaad transparant moeten zijn, zodat iedereen makkelijker zicht krijgt op en toegang krijgt tot tweedehandsbouwmaterialen.”
Digitalisering
“Uiteraard speelt digitalisering bij zo’n systeem een grote rol”, ging Servaes voort. “Want het gaat om data, data en nog eens data. We moeten kunnen vastleggen, kunnen traceren. Je moet weten waar de materialen vrijkomen, maar inderdaad ook welke geschiedenis die al achter de rug hebben, zodat je weet of ze (nog) voldoen aan de technische eisen verbonden aan de nieuwe toepassing waarin je ze wil gebruiken.”
“Digitaliseren van al die data kan absoluut een hefboom zijn, maar alleen daarmee gaan we er niet komen”, vindt Galle. “We zien dat bij grote kantoorrenovaties waarbij data beschikbaar is van bestaande materialen die op de werf aanwezig zijn, die materialen vaak toch niet worden hergebruikt. Dus met alleen in te zetten op transparantie van voorraden en het beschikbaar maken van data gaan we er niet komen. Het gaat zeker ook over het wegnemen van het wantrouwen in tweedehandsbouwproducten.”
Stockage
Tim Ost, expert circulair bouwen bij VK Architects & Engineers, sluit zich daarbij aan wanneer we naar zijn mening polsen, maar hij ziet ook nog een andere oorzaak die de te kleine vraag naar tweedehandsbouwmaterialen kan verklaren. “Wat ook bij mij opkomt bij het thema ‘vraag naar tweedehandsbouwmaterialen’ is de nood bij veel projecten om een garantie of certificatie van de (resterende) kwaliteit van dat materiaal te hebben. Het gaat dan over akoestische, isolerende, brandwerende … eigenschappen. Een ander aspect dat hergebruik van bouwmateriaal vaak bemoeilijkt en Waldo eigenlijk ook al een beetje aanraakte, is stockage. Als wij als architecten bij renovaties van gebouwen hergebruik on-site voorstellen, dringt zich steeds hetzelfde probleem op: hoe en waren moeten die materialen worden gestockeerd gedurende de looptijd van de werf – soms tot enkele jaren? Eens er een goed geolied systeem voor terugname door fabrikant en stockage en doorverkoop van tweedehandsbouwmaterialen bestaat, zullen we de vraag waarschijnlijk zien stijgen.”