Tomas Ooms van Studio Tuin en Wereld gaf de Circubuild-award door aan de stad Sint-Niklaas. Het waren Annelies De Gendt, adviseur circulaire economie, en Ine Somers, schepen voor onder meer economie, die de prijs in ontvangst namen. De overdracht ging door op Circulair Real Estate in Antwerpen, een jaarlijks event georganiseerd door Management Producties waar Circubuild structureel mediapartner van is. “Als opdrachtgever in het project Cocon, de reconversie van een fabrieksgebouw tot een circulaire en sociale broedplaats, toont Sint-Niklaas hoe stadsbesturen wél resoluut voor circulair bouwen kunnen kiezen”, motiveerde Tomas Ooms zijn keuze.
“Studio Tuin en Wereld werkt mee aan project Cocon, een project waarvoor Sint-Niklaas de opdracht gaf. Vanaf dag één was duidelijk dat Sint-Niklaas de circulaire ambities van die campus, met onder meer een plek voor kringloopwinkel Azalee en het Opleidings- en Oriënteringscentrum van het OCMW, ook wil doortrekken in het bouwtraject”, vertelde Tomas Ooms op het podium van Circulair Real Estate. “Mooi om zien is dat de stad daarbij een integrale aanpak hanteert. Zo wordt elk gebouw in Sint-Niklaas dat moet verdwijnen voortaan beschouwd als materialenbank. Zo krijgen in Cocon het hout, een aantal luifels en verhardingen afkomstig van de heraanleg van de Grote Markt een tweede leven. Bij de afbraak van het plaatselijke voetbalstadion mochten burgers dan weer zelf materialen komen ’oogsten’ voor eigen gebruik.En zo kan ik nog verschillende voorbeelden van interne uitwisselingen van materialen noemen. De stad wil op termijn ook een materialenbank voor hergebruik van bouwmaterialen oprichten.”
“Maar de Sint-Niklaas wil niet enkel inzetten op circulair bouwen. Zo stelde de stad met Annelies De Gendt met steun van de Provincie nog niet zo lang ook een adviseur circulaire economie aan en neemt ze met volle leergierigheid deel aan het debat rond circulaire economie. Om al die redenen geef ik de Circubuild-award heel graag door aan Annelies en Ine. Zo wordt de focus ook weer even gelegd op het belang van een goed geïnformeerd beleid.”
“Kennis delen”
Annelies De Gendt en Ine Somers lieten zich de woorden welgevallen. “Het is een eer voor Sint-Niklaas om als eerder kleine centrumstad deze award die pionierswerk op het vlak van circulair bouwen beloont in ontvangst te mogen nemen”, reageerde Ine Somers. “Ik wil benadrukken dat Annelies en ik deze prijs in ontvangst nemen namens alle schepenen en andere collega’s die betrokken zijn bij het waarmaken van onze circulaire ambities.”
“Het project Cocon, waarin we naast Studio Tuin en Wereld ook samenwerken met de architecten van MikeViktorViktor, is een zeer belangrijk project voor Sint-Niklaas, een strategische werf die we zien als een hefboom voor de circulaire transitie in onze stad. De ontwerpplannen zijn nu klaar. In december gaan we een overheidsopdracht in de markt zetten en gaan we op zoek naar een aannemer. Die moet net als Studio Tuin en Wereld en MikeViktorViktor ervaring hebben met circulair bouwen en daar met ons mee lerend willen rond werken.”
“Als overheid hebben we zoals Tomas terecht aanhaalt inderdaad een belangrijke rol te spelen in het aanjagen van de markt rond circulair bouwen, in eerste instantie met het eigen patrimonium maar ook met ons vergunningsbeleid. We hopen dat andere steden en lokale overheden ons voorbeeld volgen en staan er dan ook voor open onze opgedane kennis met hen te delen. Zelf stellen wij ons ook nog steeds zeer leergierig op. We blijven zoeken naar producten, bouwmethodes en andere manieren om van circulair bouwen de norm te maken in Sint-Niklaas.”
"Opletten voor Overmatig optimisme"
Circubuild vroeg zoals bij elke overdracht van de Circubuild-award ook aan Tomas Ooms wat voor hem vandaag nog het grootste pijnpunt is in de transitie naar een circulaire bouwsector. Hij koos er uitzonderlijk twee. “Ten eerste moeten we opletten voor een overmatig optimisme in het debat. Er verrijzen steeds meer circulaire gebouwen in een greenfield ‘en later zullen de materialen wel hergebruikt worden’, wordt dan gezegd. Voor mij is het ultieme doel van circulair bouwen echter om geen nieuwe materialen meer te gebruiken, om geen nieuwe grondstoffen meer aan te boren – tenzij ze zichzelf vernieuwen. Dat idee vind ik ondergesneeuwd in het debat. De idee dat een circulaire nieuwbouw beter zou zijn dan een reconversie van een bestaand gebouw is een redenering die spaak loopt en eigenlijk het resultaat is van een soort shifting baseline: we zetten de energiebesparingsteller op nul op het moment dat het nieuwe gebouw er staat. Maar dat klopt natuurlijk niet.”
"nog Geen opslag van gerecupereerde bouwmaterialen"
“Ook het logistieke aspect van circulair bouwen staat lang nog niet op punt. Vraag en aanbod zijn vandaag nog helemaal niet op elkaar afgestemd. En er is geen plaats voor of er wordt geen aandacht besteed aan de tussentijdse opslag van materialen die vrijgekomen zijn uit demontage. Ik zie daar een belangrijke rol weggelegd voor het beleid, met de bijkomende vraag of zo’n opslagruimte ook als een sociale en publieke ruimte kan ingericht worden. Kan dat een plek zijn waar kennis over materialen en hoe ze te hergebruiken gedeeld wordt? En zo zijn we weer bij een van de redenen waarom de stad Sint-Niklaas de nieuwe houder is van de Circubuild-award. Trouwens, jullie zouden de naam eigenlijk moeten aanpassen naar de Circu-reconversie-award, want ‘to build’ is wat we vanuit circulair oogpunt net moeten vermijden”, besloot Tomas Ooms met een knipoog.