Een van de partners van Circubestek, een initiatief van Palindroom, VIBE en BLIEBERG A.C.E. dat als doel heeft voorschrijvers makkelijker hun weg te laten vinden naar bestekteksten, is, naast C3A, de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW). Het verzelfstandigd agentschap van de Vlaamse overheid beoogt met deelname aan het project een upgrade van zijn bestaande standaardbestek naar een bestek waarin ook circulaire materialen, producten en systemen opgenomen zijn. Tot het zo ver is, moeten huisvestingsmaatschappijen die circulair willen bouwen er bewust voor kiezen af te wijken van het VMSW-standaardbestek. Dat gebeurt nog niet vaak, maar er zijn toch al enkele voorbeelden. Op Circubuild geven we enkele van die pionierende huisvestingsmaatschappijen graag een podium. Na De Gelukkige Haard vorige week, is het vandaag de beurt aan HABITARE+. "Inzetten op hergebruik van materialen uit het bestaande patrimonium in nieuw projecten is op dit moment financieel onhaalbaar voor ons. Wij wensen daarentegen wel op andere manieren in te zetten op circulariteit in onze nieuwbouwprojecten en deden daarrond een marktverkenning", zegt Sven Van De Vijver van de technische dienst.
Wat verstaan jullie onder circulair bouwen, Sven?
"Circulair bouwen is een ruim begrip maar het komt steeds op hetzelfde neer: de afvalstromen van materialen en dus ook rechtstreeks daaraan gekoppeld het verbruik van grondstoffen en energiestromen tot een minimum beperken. Dat einddoel wensen wij voor de toekomstige projecten via enkele weloverwogen strategieën te bereiken."
"Wij wensen in eerste instantie niet in te zetten op het hergebruik van materialen uit het bestaande patrimonium. Dat is op dit moment immers een financieel onhaalbaar model, daar de huidige gebouwenstock niet of nauwelijks demontabel is ontworpen en, als het al mogelijk is, dat demonteren dus een arbeidsintensief proces is. Wij wensen daarentegen wel volop in te zetten op circulariteit in onze nieuwbouwprojecten. Onder andere via een recente marktverkenning waarbij de markt bevraagd werd rond de haalbaarheid van enkele circulaire principes, willen wij onze strategieën op dat vlak vastleggen."
"De marktverkenning leidde tot drie grote uitgangspunten die zullen dienen bij het bepalen van onze strategieën. Ten eerste is de markt en dus ook wij ervan overtuigd dat, om de circulaire economie haar volle kansen te geven, er dient gekeken te worden in de richting van standaardisatie en uitzuivering van de de gebouwenstock. Waarom dient elk nieuw project steeds volledig opnieuw ontworpen te worden door een architect, waardoor er ook steeds nieuwe detailleringen naar boven komen? Waarom kan er niet gekeken worden naar een standaard moduleerbaar ontwerp, waarbij de architect uiteraard nog voldoende vrijheden moet hebben wat bijvoorbeeld gevelbekleding betreft? Dat zijn de vragen die wij ons stellen. Als dergelijke standaardisatie op grote schaal kan worden uitgerold, zijn wij ervan overtuigd dat dit een financieel haalbaar model moet zijn. Zeker wanneer ook naar uitzuivering van materiaalgebruik wordt gekeken."
"Het sensibiliseren en ondersteunen van onze huurders op het vlak van zuinig energieverbruik is voor ons een tweede uitgangspunt in het bepalen van de circulaire principes die we zullen gaan toepassen. In de context van een huisvestingsmaatschappij zijn de gebruikers immers een heel bepalende factor. Door onze huurders te sensibiliseren en ondersteunen rond het zuinig omgaan met energie zal in de eerste plaats het energieverbruik van de huurders zelf, en dus ook het kostenplaatje, dalen, maar in de tweede plaats zal natuurlijk ook het energieverbruik van het totale patrimonium een duik nemen. De monitoring van allerhande energieverbruik, of opbrengsten door bijvoorbeeld zonnepanelen, zal hierin een heel belangrijke rol spelen."
"Ten slotte zijn we er ook van overtuigd dat de aannemer bij nieuwbouwprojecten een grotere verantwoordelijkheid dient te krijgen op het vlak van nazorg. Een toename van kwaliteit van de gebruikte materialen resulteert in een langere levensduur en aldus een groter potentieel tot hergebruik. Om die toename van kwaliteit te verzekeren, is die grotere verantwoordelijkheid van de aannemer op het gebied van nazorg in nieuwbouwprojecten volgens ons noodzakelijk. Zo wensen wij aan de nieuwe aanbestedingen voor nieuwbouwprojecten een onderhoudscomponent van minimaal 10 jaar vast te hangen, waarbij aan het einde van die onderhoudscomponent nog een bepaalde kwaliteitseis zal worden opgelegd."
Waarom is het volgens jullie belangrijk dat er wordt op ingezet?
"Grondstoffen en bij uitbreiding de meest courante energiebronnen zijn eindig. Nadenken over een zo efficiënt mogelijk gebruik van materialen en energie is daarom noodzakelijk."
Welke rol zien jullie weggelegd voor sociale huisvestingsmaatschappijen in de transitie naar een meer circulair gebouwpatrimonium?
"Gezien de omvang van het patrimonium en de hoeveelheid nieuwbouwprojecten van sociale huisvestingsmaatschappijen denken wij dat die maatschappijen toch een behoorlijke impact kunnen hebben op de transitie naar een circulair gebouwpatrimonium."
Hebben jullie circulair bouwen al (deels) toegepast in bepaalde projecten?
"Neen, tot op heden werd dat nog niet in de praktijk gebracht."
Wanneer werd circulair bouwen een aandachtspunt voor jullie?
"Via ons lidmaatschap van de European Federation for Living (EFL) en het volgen van enkele uiteenzettingen van het CHARM-project, waarbij ook de aandachtspunten van andere Europese huisvestingsmaatschappijen aan bod kwamen, hebben wij voor het eerst kennis gemaakt met de term circulariteit. Binnen datzelfde kader hebben wij tijdens een uiteenzetting van Kamp C kennis kunnen maken met de circulaire aanbestedingsprocedure die zij hadden gepubliceerd voor de bouw van hun nieuwe kantoorgebouw ('t Centrum, red.). Op dat moment is het zaadje geplant om zelf ook aan de slag te gaan om een circulaire aanbesteding op poten te zetten."
Een huisvestingsmaatschappij moet werken binnen een kader van heel wat normen en regels. Is het voor jullie vandaag makkelijk om in te zetten op circulair bouwen in jullie projecten? Welke uitdagingen bestaan er nog op dat vlak?
"Aangezien enige praktijkervaring binnen onze huisvestingsmaatschappij op dit ogenblik zoals gezegd nog ontbreekt, is het niet evident om hierover een uitspraak te doen. Wat de ontwerpnormen betreft lijken de problemen alleszins niet onoverkomelijk. Wat voor ons zeker wel nog een uitdaging zal zijn, is de financiering van de onderhoudscomponent en de financiering in het algemeen. Voor wat betreft de onderhoudscomponent: op vandaag wordt de financiering voorzien op het moment dat een renovatie, of ook bijvoorbeeld een vervanging van de ketels, zich opdringt. In het geval er een onderhoudscomponent wordt opgelegd, als het ware een soort omniumcontract, zal een jaarlijkse vergoeding noodzakelijk zijn."
"De financiering van nieuwbouwprojecten in het algemeen dan: de financieringsnormen houden tot op heden op geen enkele manier rekening met de zogenaamde life cycle cost of LCC van materialen en technieken. De mogelijk duurdere aanvankelijke investering die zich later zal terugverdienen zal met andere woorden niet gedekt worden door de huidige financieringsnorm. In dergelijke gevallen is het aan de sociale huisvestingsmaatschappij om te beslissen of zij deze financieringsnormen wenst te overschrijden. Dat kan voor financieel ongezonde huisvestingsmaatschappijen een reden zijn om de grotere initiële investering niet te maken."
Zijn alle aspecten van circulair bouwen – recuperatie of hernieuwbare materialen gebruiken, omkeerbaar ontwerpen zodat die materialen op hun beurt hergebruikt kunnen worden, een flexibel/aanpasbaar gebouw, werken met product as a service voor bijvoorbeeld verwarming of licht, het aanmaken van een materialenpaspoort voor het gebouw … – even makkelijk toepasbaar voor een sociale huisvestingsmaatschappij?
"Met de huidige standaardbestekteksten van de VMSW is hergebruik van materialen een heel moeilijk verhaal, zelfs voor niet-structurele elementen – waar het volgens mij altijd lastig zal blijven. Dit omdat de bestekteksten materiaalgericht zijn opgesteld; de gewenste eigenschappen van de materialen worden beschreven. Van een groot deel van de recuperatiematerialen ontbreekt de nodige info om een vergelijking met het lastenboek mogelijk te maken. Als er daarentegen gebruik gemaakt zou worden van prestatiegerichte bestekken, zou het eenvoudiger zijn om recuperatiematerialen in te zetten."
"Voorts zijn de as a service-modellen een zeer interessante piste voor de algemene delen, maar dient steeds rekening gehouden te worden met de financiële impact op de huurder. Lift as a service bijvoorbeeld, lijkt ons een heel interessant en te onderzoeken model daar in dat geval wordt afgerekend op basis van het aantal gebruiken. Dat kan er mogelijks toe leiden dat de lift enkel in noodzakelijke gevallen wordt gebruikt, terwijl dit nu ook uit pure gemakzucht wordt gedaan, wat opnieuw een energie- en kostenbesparing met zich kan brengen."
Verdient een van die aspecten meer nadruk in jullie projecten?
"Het omkeerbaar ontwerpen om circulair gebruik van materialen in de toekomst te maximaliseren is voor ons een belangrijk item, zie ook mijn antwoord op de eerste vraag."
Bestaat er een circulair bouwproject dat voor jullie als absolute inspiratie dient?
"Er is niet specifiek één project waar wij naar opkijken, maar het zijn enkele specifieke ingrepen in verschillende circulaire bouwprojecten en bouwtrajecten die ons de nodige inspiratie bezorgen. Zo is er bijvoorbeeld het lift as a service-verhaal in het Circl-gebouw van ABN AMRO in Amsterdam, de circulaire aanbestedingsprocedure die werd opgesteld door Kamp C voor de bouw van zijn nieuwe kantoorcomplex en het minimalistisch en flexibel ontwerp van het CBBW-project."