ZIN als zebra: verweven functies in het Brusselse landschap

Wie over het circulaire project ZIN in de Brusselse Noordwijk hoort of leest, stuit al snel op het Zebra-principe van architectenbureau 51N4E. Maar wat betekent dat principe nu eigenlijk? We vroegen het aan het ontwerpteam in de podcast die Circubuild over het ZIN-project maakte. Olivier Cavens van 51N4E en John Eyers van Jaspers-Eyers Architecten legden het principe uit.

Het ZIN-project startte met een competitie, waar 51N4E dankzij dat bewuste zebra-principe in het oog sprong. “Dat was het meest unieke tussen de voorstellen die er waren. De rest was meer klassiek getint, en dit idee was out of the box”, aldus John Eyers.

“Ik denk dat het ook een verdienste is van Befimmo om rechtstreeks in relatie met de stad een wedstrijdoproep te durven doen,” vult Olivier Cavens aan, “waarin de stad duidelijk zei dat ze een aandeel woningen wilden om de Noordwijk terug leven in te blazen. Daarmee zorgen ze er dus voor dat er iets gemengd uit ontstaat en niet puur kantoorwerk dat van 9 tot 5 leeft.” Een moderne visie, volgens hem. “Dat is ook waar we in de toekomst naartoe moeten, denk ik.”


Strepen

Het zebra-principe behelst dus de verschillende functionaliteiten, en de manier waarop die in het gebouw geïntegreerd zijn. “De voornaamste componenten van het gebouw zijn de kantoorfunctie, wonen in de vorm van appartementen en een hotel. Dat zijn eigenlijk de grote blokken programma, die door elkaar verweven zijn”, legt Cavens uit.

ZIN is dus geen project met gewoon verschillende functies naast elkaar. “Dat zit kriskras door elkaar met het zebra-concept waarin eigenlijk een afwisseling van functie is om de bouwlaag.” De naam van het concept verwijst met andere woorden naar de vloeren met verschillende functies, die elkaar als de strepen van het steppepaard afwisselen.

Het centrale volume tussen de torens is volledig kantoor. Op de begane grond bevinden zich nog extracommerciële functies. “Een publiek toegankelijke serre die eigenlijk een verderzetting is van het publieke domein, maar wel met een dak boven”, zegt Cavens. “En daarnaast nog een kleiner kantoorgebouw dat niet van de Vlaamse Overheid zal zijn en gelinkt is met het Maximiliaanpark. En dan is er ook nog een grote ondergrondse parking.”


De oorsprong

Hoe vreemd het misschien ook klinkt, het zebra-principe was oorspronkelijk niet het uitgangspunt voor 51N4E. “Het was eigenlijk zelfs bij ons niet aanwezig in het begin”, getuigt Olivier Cavens. “Dus we hebben een gebouw ontworpen dat eigenlijk gestoeld is op een aantal kwaliteiten. We wilden zorgen dat er voldoende licht, lucht, natuurlijke ventilatie, een goede energetische performantie en dergelijke aanwezig waren.”

Maar in het proces kwam het zebra-principe naar boven. “Op een bepaald moment kwamen we tot het inzicht dat het zebra-principe eigenlijk een aantal kwaliteiten met zich meebracht die onomstotelijk waren.” De vloeren in het volume tussen de torens hebben dubbel hoge verdiepingen, waardoor je om de verdieping een zeer grote vloeroppervlakte kan organiseren. “Daar krijg je 4500 m2 bruto oppervlakte aan mekaar geschakeld, waardoor je opeens een torengebouw van 30 verdiepingen omvormt naar 11 heel grote horizontale vloeren.”

Er speelde nog een element mee aan de basis van het principe, zegt John Eyers: “Een nieuwe reglementering in de verhuurmarkt. Als je ruimtes hebt die geen daglicht meer hebben, kan je die niet verhuren aan dezelfde prijs als ruimtes die daglicht hebben. Dat heeft ook meegespeeld in het verhaal.”

Circubuild geeft drie exemplaren van het boek ‘How not to demolish a building’ weg, dat het verhaal van het ZIN-project van a tot z vertelt. Interesse? Mail dan voor 04/07/2023 het antwoord op volgende prijsvraag én het adres waar we het boek naar mogen sturen naar info@circubuild.be: wat zijn de voornaamste componenten van ZIN? De drie winnaars worden geloot en zullen persoonlijk gecontacteerd worden per mail.

Wil je meer weten over het ZIN-project? Beluister dan zeker onze podcast hier:

 

Deel dit artikel:

Onze partners